SikaSeal®-174

• VOS emissie klassificatie GEV Emicode EC1^plus

• CE markering en DoP volgens EN 15651-1:2012 Voegkitten voor niet-constructieve toepassing in gebouwen en voor beloopbare oppervlakken Deel 1: Voegkitten voor gevelelementen

• CE markering en DoP volgens EN 15651-2:2012 Voegkitten voor niet-constructieve toepassing in gebouwen en voor beloopbare oppervlakken Deel 2: Voegkitten voor beglazing

• CE markering en DoP volgens EN 15651-3:2012 Voegkitten voor niet-constructieve toepassing in gebouwen en voor beloopbare oppervlakken Deel 3: Voegkitten voor sanitaire dichting

Alkoxy siliconen

18 maanden na productiedatum

Het product moet worden opgeslagen in de originele, ongeopende en onbeschadigde verzegelde verpakking in droge omstandigheden bij een temperatuur tussen de +5 °C en de  +25 °C. Raadpleeg steeds de verpakking. 
Raadpleeg het huidige veiligheidsinformatieblad voor informatie over veilige hantering en opslag.

De afmetingen van de voegen moeten afgestemd worden op de bewegingsmogelijkheden van de kit. Voor voegbreedtes van meer dan 10 mm en minder dan 20 mm is de minimale voegdiepte 10 mm. 

Neem voor grotere voegen contact op met de technische dienst van Sika voor meer informatie.

Pas op voor condensatie. De temperatuur van de ondergrond tijdens het aanbrengen moet ten minste +3 °C boven het dauwpunt liggen. 

Gebruik een rugvulling van polyethyleenschuim met gesloten cellen of een steuntape.

Het product mag niet gebruikt worden op volgende ondergronden:

• Voorgespannen polyacrylaat of polycarbonaat
• Bitumen, natuurlijke rubber of EPDM

Op de volgende ondergronden kan het product een slechte hechting vertonen:

• Polyethyleen (PE)
• Polypropyleen (PP)
• PTFE (Teflon®)

Voer een voorafgaande test uit op bovenstaande ondergronden vooraleer met de toepassing te beginnen. 
Contacteer de technische dienst van Sika voor bijkomende informatie.

Ontoereikende oppervlaktevoorbereiding

Opmerking: Primers zijn hechtingsbevorderende stoffen en geen alternatief om de slechte voorbereiding of reiniging van het verbindingsoppervlak te verbeteren. Primers verbeteren ook de hechting op lange termijn van de verzegelde verbinding.

Test van de ondergrond

Opmerking: Adhesietesten op projectspecifieke ondergronden moeten worden uitgevoerd en procedures moeten met alle partijen worden overeengekomen voor de uitvoering van het project. Neem voor meer gedetailleerde adviezen en instructies contact op met de technische dienst van Sika.
De ondergrond moet gezond, schoon, droog en vrij van verontreinigingen zijn zoals vuil, olie, vet, cementhuid, lijmresten en slecht gelijmde coatings die de hechting van de primer en de kit kunnen beïnvloeden. De ondergrond moet voldoende sterk zijn om de spanningen te kunnen opvangen die veroorzaakt worden tijdens de beweging van de voegen.

1. Gebruik technieken zoals staalborstel, slijpen, zandstralen of andere geschikte mechanische gereedschappen om alle zwak of slecht gehecht materiaal te verwijderen.
2. Herstel alle beschadigde voegranden met geschikte Sika-herstelproducten.
3. Verwijder alle stof, los en brokkelig materiaal van alle oppervlakken voordat de kit wordt aangebracht.

Indien getest of bewezen door ervaring, kan het product worden gebruikt zonder primers of activators op diverse substraten.

NIET-POREUZE ONDERGRONDEN

Aluminium, geanodiseerd aluminium, roestvrij staal, gegalvaniseerd staal, gepoedercoate metalen, geglazuurde tegels of andere metalen, zoals koper, messing en titanium-zink.

1. Ruw het oppervlak licht op met een fijn schuurblok.
2. Reinig en behandel het met Sika® Aktivator-205 met een schone doek. Wacht tot de uitdamptijd bereikt is.
3. Breng Sika® Primer-3 N aan met een kwast. 

PVC ondergronden 

1. Ruw het oppervlak licht op met een fijn schuurblok.
2. Reinig en behandel het met Sika® Aktivator-205 met een schone doek. Wacht tot de uitdamptijd bereikt is. 
3. Reinig en behandel het met Sika® Primer-215 met een kwast.

Glazen ondergronden 

1. Reinig en behandel het met Sika® Cleaner P aangebracht met een schone doek, en wacht tot de uitdamptijd bereikt is.

POREUZE ONDERGRONDEN

 Beton, cellenbeton, cementpleisters, mortels en bakstenen.

1. Primeer het oppervlak met behulp van Sika® Primer3 N met een kwast.

Voor meer informatie over de primer of voorbehandelingsproducten kunt u het individuele productinformatieblad raadplegen. Neem contact op met de technische dienst van Sika voor meer specifieke informatie

BELANGRIJK

Volg de installatieprocedures strikt op

Volg de installatieprocedures zoals gedefinieerd in werkbeschrijvingen, toepassingshandleidingen en werkinstructies strikt op, deze moeten altijd aangepast zijn aan de werkelijke omstandigheden op de werkplek.

BELANGRIJK

Absorptie van natuurlijke stenen ondergronden

Vlekken door migratie van weekmakers kunnen optreden bij gebruik op natuursteen zoals graniet, marmer of kalkstenen ondergronden.

1. Voer eerst tests uit voordat het project wordt toegepast.
2. Contacteer de technische dienst van Sika voor meer advies.

BELANGRIJK

Toepassing in besloten ruimtes

Het product kan enkel uitharden door luchtvochtigheid.

1. Niet gebruiken in volledig afgesloten ruimtes.

Voorwaarden

De uitdamptijd van de primer werd bereikt.

1. Breng afplaktape aan waar de verbindingslijnen netjes of precies moeten zijn.
2. Breng, na de vereiste voorbereiding van de ondergrond, een rugvulling aan tot de vereiste diepte.
3. Primer de voegvlakken zoals aanbevolen in de voorbereiding van de ondergrond.
   Opmerking: Vermijd overmatig aanbrengen van primer om te voorkomen dat dit plassen veroorzaakt aan de onderkant van de voeg.
4. Open de dichtingskit aan de bovenkant van de koker of open het uiteinde van de folieverpakking. Breng de spuitmond aan en snijd deze op de gewenste maat. Plaats het product in het spuitpistool.
5. Breng het product aan in de voeg en zorg ervoor dat het volledig in contact komt met de zijkanten van de verbinding en voorkom luchtinsluitingen.
6. BELANGRIJK: Gebruik geen gladmakers die oplosmiddelen bevatten. Druk de kit zo snel mogelijk na het aanbrengen stevig tegen de verbindingszijden om te zorgen voor een goede hechting en een gladde afwerking. Gebruik een compatibele gladmaker zoals Sika® Tooling Agent N om de voeg glad te maken.
7. Verwijder de tape binnen de huidvormingstijd van het product na de afwerking.
8. Kleurafwijkingen Opmerking: Kleurafwijkingen kunnen optreden als gevolg van blootstelling tijdens gebruik aan chemicaliën, hoge temperaturen of UV-straling, vooral bij witte kleur. Dit effect is esthetisch en heeft geen negatieve invloed op de technische prestaties of duurzaamheid van het product.

Reinig alle gereedschap en apparatuur onmiddellijk na gebruik met Sika® Remover-208. Eenmaal uitgehard kan het materiaal enkel mechanisch worden verwijderd. Gebruik voor het reinigen van de huid Sika® Cleaning Wipes-100.